Ik vroeg de hulp van mijn baas, de heer Yamashita, om mijn man te ondersteunen, wiens baan waarschijnlijk zou worden ontslagen. Om mijn man te redden moest ik echter mijn leven opofferen. De vingertoppen speelden ruw met het lichaam, en de geslachtsdelen die niet van haar man waren, drongen diep in het lichaam door. Ironisch genoeg begon mijn lichaam, dat alleen maar walging had moeten voelen, naarmate de dagen verstreken, te verdrinken in golven van plezier. Haar ogen die naar haar man keken, haar lippen die haar liefde voor hem uitdrukten, waren allemaal getint door zijn kleur. En op de zevende dag dat je voortdurend verkracht werd...